De vakantietijd is een periode om tot rust te komen. Meestal gaan we daarvoor naar Frankrijk, naar een huisje in “the middle of nowhere”. Of om op zijn Frans te zeggen: “en pleine campagne”. In ieder geval naar een plek in de natuur zonder televisie, telefoon of internet.
Het valt me altijd weer op hoeveel ik daar droom. Waarschijnlijk komt dat door de afwezigheid van alle prikkels die me af kunnen leiden. In de stilte is de plek waar mijn ziel echt tot rust kan komen en het gevolg daarvan zijn de heldere dromen als ik slaap.
De vraag is dan natuurlijk; betekenen die dromen iets? Wil God iets tot me zeggen? Of is het een vorm van verwerking van allerlei zaken die nu vanuit mijn onderbewustzijn naar boven komen? Maar zelfs als dat laatste het geval is, kan de Heilige Geest daar doorheen iets duidelijk maken over wie ik ben of wie ik kan zijn.
In één van mijn dromen bevond ik mij ergens in de Eerste of Tweede Kamer in Den Haag en er werd daar van mij verwacht dat ik Koning Willem Alexander zou vervangen. Ik zou een toespraak moeten houden, maar ik voelde me daar erg onzeker over en wist niet wat ik moest doen of zeggen. Ik voelde me totaal niet bekwaam om datgene te doen wat er van me verwacht werd. Toen was daar ineens het lachende gezicht van Willem Alexander en was dat onzekere, gespannen gevoel verdwenen. Het maakte plaats voor een enorm gevoel van opluchting omdat ik nu wist dat hij er bij was.
De volgende ochtend las ik ‘toevallig’ in mijn dagboekje van Oswald Chambers naar aanleiding van Filippenzen 4: 8:
“Wij hebben wel eens het idee dat onze plicht altijd onaangenaam moet zijn. Wanneer onze plicht onaangenaam is, is dat een teken dat er iets hapert aan onze verhouding met God. Als we eenmaal de juiste relatie met God hebben, zal onze plicht nooit vervelend zijn, iets waarvan we al zuchtend zeggen: Ach ik moet mijn plicht weer eens doen. Er zijn mensen wier leven verziekt en verkreukeld is door een plichtsbesef dat nooit uit Gods inspiratie is voortgekomen. Laat onze aandacht gevestigd zijn op het werk van God in ons dat lieflijk of beminnelijk is, zoals Paulus dat zegt in Filippenzen 4. Daarin zit het wezen van de ware godsvrucht.” (Uit: Vernieuw onze dagen)
Ik geloof dat dit een belangrijke waarheid is, waar de Heilige Geest me door deze droom opnieuw op wijst. God gehoorzamen moet altijd een vreugde geven en dat wil ik als toetssteen blijven gebruiken bij alles wat ik mag doen.
Ik mag de Koning der Koningen vertegenwoordigen en daar hoef ik niet onzeker of gespannen over te zijn. Want zoals uit mijn droom blijkt: Hij is er altijd bij, want Hij is in mij. Het is niet mijn werk, maar Hij wil Zijn werk door mij heen doen. Het gaat er vooral om of ik voor Hem beschikbaar ben. En dat wil ik! Met heel mijn wezen zeg ik: Heer schijn door mij, spreek door mij, werk door mij. Zing door mij Uw lied! Laten Uw woorden over mijn lippen komen. Laten Uw werken door mij heen zichtbaar zijn.
Soms zijn we geneigd om bij elk ding te vragen: ‘Heer is het goed om dit te doen of daarheen te gaan?’ We hoeven niet zo onzeker in het leven te staan, want als het goed is zijn we met Hem verbonden door de Heilige Geest die in ons woont. Bij elk ding wat we voor Hem mogen doen zal die Heilige Geest in ons opspringen waardoor het geen vreugdeloze plicht zal zijn. Daarom is het mijn gebed dat de Heer dagelijks in onze harten schijnt, zodat we zelf onze werkelijke motivatie zien van de dingen die we doen en dat die zuiver mag zijn. Zoals Paulus dat zegt in Filippenzen 4: …Al wat zuiver is, al wat echt is, bedenk dat en breng dat in toepassing.
We zullen moeten beseffen dat ons hart arglistig is en dat het niet eenvoudig is om de waarheid te vinden over onze eigen beweegredenen om iets te doen. Ik bid dan ook dat de glimlach van Koning Jezus er altijd over zal zijn.