Steeds weer als ik het verhaal lees over hoe Jezus de voeten van Zijn discipelen waste, besef ik hoever ik nog verwijderd ben van de houding die Hij had. Niet voor niets staan in Johannes 13 twee feiten vermeld voordat die voetwassing wordt beschreven. Allereerst wordt verteld dat Judas zich al had voorgenomen om Jezus te verraden (vers 2). Daarna wordt nadrukkelijk aangegeven dat Jezus wist Wie Hij was en wat Zijn bestemming was.
Jezus wist dat de Vader Hem alle dingen in handen had gegeven (vers 3) en Hij wist dat Judas hem zou verraden. Toch kiest Hij ervoor om ook de voeten van Judas te wassen.
Wat zou ik gedaan hebben? Hoe diep moet je gaan om genade te hanteren? Jezus had de mogelijkheid om met Judas in gesprek te gaan om hem op andere gedachten te brengen. Dat zou Hem gelukt zijn, want de Vader had Hem alle dingen in handen gegeven. Maar Jezus koos een andere weg. Een weg die Hij ons voorhoudt:
‘Want Ik heb u een voorbeeld gegeven, opdat ook u zult doen zoals Ik voor u heb gedaan.’
Voeten van anderen wassen ligt in het verlengde van ‘dingen doen voor anderen, die niemand ziet’. Oswald Chambers zegt daarover: ‘Wat op de lange duur voor God en de mensen gaat tellen, is het standvastig volhoudende werk in het onzichtbare’. Eigenlijk kan dat alleen maar door voortdurend naar Jezus te kijken. Zoals Paulus zo mooi verwoordde:
‘De liefde is geduldig, zij is vriendelijk,
de liefde is niet jaloers, zij doet niet gewichtig,
zij handelt niet ongepast, zij zoekt niet haar eigen belang,
zij wordt niet verbitterd, zij denkt geen kwaad…’
(1 Kor. 13)
We leven in een tijd waar die liefde soms ver te zoeken is. Een tijd waarin het vooral gaat om eigenbelang, jaloersheid en angst voor concurrentie. We willen wel dienstbaar zijn, maar het hart is arglistig en we willen daarbij dan vaak gezien worden, erkend worden en belangrijk zijn. Toch laat Jezus zien dat een andere houding mogelijk is. Om dat voorbeeld te volgen heb ik Hem nodig en moet ik Zijn woorden in me laten landen: ‘Leer van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en u zult rust vinden voor uw ziel’ (Matth. 11: 29).
Jezus vraag of Hij onze voeten mag wassen. Alles wat ons ‘stoffig’ heeft gemaakt wil Hij wegnemen. Dat betekent dat we onszelf moeten leren overgeven aan Hem. Dat kost soms wat, maar het maakt dat we dan liefde kunnen ontvangen die ons vrij maakt. We hoeven dan niet meer op onze rechten te staan of onszelf te profileren. Omdat we rust voor onze ziel hebben gevonden. Dan kunnen ook wij voeten wassen van anderen en zullen we meer op Jezus gaan lijken.