De bijbel staat vol van Gods beloftes. Ook hier spreekt Hij weer over herstel, genezing en doorbraak. Maar we zullen die beloftes nooit los mogen zien van de context waarin ze staan. Want dat kleine woordje ‘dan’ verwijst naar alles wat hieraan vooraf gaat. Heel Jesaja 58 is in vier woorden samen te vatten: ‘Geen woorden maar daden.’
Er worden vragen gesteld maar ook antwoorden gegeven. Waarom vast je, waarom roep je, waarom bid je terwijl je zegt: God ziet het niet en God luistert niet? Je vast en bid en roept, terwijl je tegelijkertijd je eigen gang gaat, je eigen besluiten neemt en ruzie maakt. Naar deze tijd toe zou je dit kunnen vertalen met: ‘je bent schijnheilig’.
Jezus zegt: ‘U bent Mijn vrienden als u doet wat ik gebied’ (Joh. 15: 14). God is liefde en genade, maar Gods beloftes zijn ook gekoppeld aan gehoorzaamheid.
Het is nutteloos om ‘Gods Woord te eten’ als je zelf je brood niet deelt met degene die honger heeft. Het heeft geen zin om naar Gods huis te gaan als je zelf geen thuis biedt aan ontheemden. Maar als je woorden ook daden zijn, dan zal jouw licht doorbreken als een nieuwe dag. Het is altijd goed om jezelf af te vragen: ‘Zie ik doorbraken in mijn leven?’ En zo niet, wat zou daar de oorzaak van kunnen zijn? Soms zijn er momenten dat God ons beproeft, maar Hij verbergt Zich niet voor altijd. Hij verlangt er naar om te antwoorden als wij roepen. Hij hunkert er naar om te geven als wij vragen. Laat daarom ook vandaag Zijn licht doorbreken door jou heen. We zijn het Lichaam van Christus, dus wees Zijn handen en Zijn voeten.
‘Wek ons op en maak ons rein – Laat Uw vuur maar branden.
Zend mij uit en laat mij zijn – bruikbaar in Uw handen.
Waar ik ben, waar ik zal zijn – laat mij tot een zegen zijn.
Op elk gebied en elk terrein – laat mij tot een zegen zijn’