‘U echter, Heere, bent een schild voor mij, mijn eer; U heft mijn hoofd omhoog’ (Psalm 3: 4)
Conflicten komen in de beste families voor. Deze Psalm was door David geschreven midden in zo’n familieconflict. Zijn eigen zoon Absalom was tegen hem in opstand gekomen. Dat was ook niet zo verwonderlijk, want als je de hele geschiedenis leest van David en Absalom in 2 Samuël 13-18, dan was het in het gezin van David een behoorlijke puinhoop geworden.
Zijn dochter Tamar was verkracht door haar halfbroer Amnon, waardoor haar broer Absalom wraak nam en Amnon vermoorde. Vervolgens werd Absalom eerst door zijn vader David verbannen en later, toen hij mocht terugkeren, jarenlang genegeerd. Een slechtere vader-zoon relatie is haast niet denkbaar en dat was dan ook de reden dat Absalom zich uiteindelijk tegen zijn vader keerde en probeerde hem van de troon te stoten.
We kennen David als een man van God vol van geloof. Een dappere strijder, een wijze koning en een muzikale aanbidder die de mooiste Psalmen schreef. Toch had hij ook zijn zwakke momenten, zoals zijn geschiedenis met Bathseba (2 Samuël 11) en de zonde van de volkstelling (2 Samuël 24). Daartussen vinden we de opstand van Absalom. Dat maakt David tot een mens van vlees en bloed. Als we hem alleen maar kenden van zijn overwinningen op Goliath en al die duizenden Filistijnen, was hij een soort supermens geworden.
David was mens zoals wij, met alle zwakheden die daarbij horen. Daarom kunnen we ons in zijn Psalmen herkennen als hij beschrijft dat hij God nodig heeft. Ook al waren de problemen waar hij in zat grotendeels het gevolg van zijn eigen falen als vader. Maar God is een God van genade, die het hart aanziet en ons zelfs wil helpen in de moeilijkheden die we zelf hebben veroorzaakt. Dat geeft hoop voor als we in dit soort situaties terechtkomen.
‘Als ons hart ons veroordeelt, God is meer dan ons hart, en Hij weet alle dingen’ (1 Johannes 3: 20). God wil ons vergeven, maar Hij wil vooral dat we onszelf kunnen vergeven. Dat we niet blijven hangen in schaamte en schuld. Het mooie in Psalm 3 is dat David kan uitroepen:
‘U bent mijn eer, U heft mijn hoofd omhoog’. ‘Eer’ is vertaald uit het Hebreeuwse woord ‘kabod’ dat verwijst naar de glorie van God. Letterlijk betekent het ‘gewicht’ en het zegt iets over de zwaarte van Gods aanwezigheid. Hoe zwaar problemen ook mogen drukken, het gewicht van Gods genade overtreft alles. Wat een bemoediging is dat!
Dat geldt natuurlijk ook voor ons! De Heilige Geest wordt niet voor niets de Trooster genoemd, omdat het Griekse ‘Parakletos’ letterlijk Advocaat betekent. Hij is de hemelse Advocaat die ons de vrijspraak verkondigt die Jezus heeft bewerkstelligd. Daarom kunnen we vrij zijn van elke aanklacht, ook die van ons eigen hart. Zo kunnen we samen met David altijd zeggen:
‘Het heil is van de Here, Uw zegen is over Uw volk (Psalm 3: 9).