Zoeken doe je alleen als je iets kwijt bent geraakt. Iets wat je eerder in bezit had of bij je had is er niet meer en je wilt het graag terug hebben. Dat doe je omdat je het nodig hebt, of omdat je eraan gehecht bent. God heeft elk mens bedoeld om in relatie met Hem te leven en lief te hebben.
Al vanaf de zondeval, zocht God de mens op, hoewel zij zich hadden verstopt: ‘En de Here God riep Adam en zei tegen hem: Waar bent u?’ (Gen. 3: 9).
Die vraag heeft door alle eeuwen heen geklonken en klinkt ook in deze tijd nog steeds. Want Hij laat nooit los wat Zijn hand is begonnen.
Toen de aarde vol geweld was, zocht God Noach op, om met hem en zijn familie een nieuw begin te maken (Gen. 6: 18). Toen het volk Israël in Egypte in slavernij was zocht Hij hen op en zond Mozes om hen te bevrijden. God heeft Zijn volk en Zijn kinderen nooit verlaten. Hij zond profeten en uiteindelijk zelfs Zijn Zoon om die relatie met ons weer te herstellen. Dat is het karakter van God.
Het verhaal van het verloren schaap laat dat zo duidelijk zien. De Eigenaar gaat achter het verlorene aan, totdat Hij het vindt. En als Hij het gevonden heeft, legt Hij het vol blijdschap op Zijn schouders (Lukas 15: 5). Waar we ook zijn, Hij zoekt ons op omdat Hij naar ons verlangt. Vanaf het begin sprak God tot Israël: ‘Hij zal met u zijn, Hij zal u niet loslaten en u niet verlaten’ (Deut. 31: 6). Die woorden gelden ook voor ons.
‘Nam ik vleugels van de dageraad, woonde ik aan het einde van de zee, ook daar zou Uw hand mij leiden en Uw rechterhand mij vasthouden’ (Psalm 139: 9-10).
Laat daarom nooit een gedachte toe dat je er alleen voor staat. Het gevoel van verlatenheid is niet van God. Er is een aanklager die soms die woorden in kan fluisteren, maar de werkelijkheid is anders. God is de Vader Die Zijn kind op zoekt, waar die zich ook bevindt. Hij reikt ook vandaag weer naar ons uit. Grijp die uitgestoken hand en laat je vinden.